Van kleine zelfstandige naar patrimonium holding
Simon Philip Goudsmit, de oprichter.
In 1870 brachten twee oprichters, Simon Philip Goudsmit en Abraham Salomon Polak, een eigen vermogen bij elkaar van 50.000 gulden. De gezamenlijke vennootschap bleef bestaan tot 1883, toen Abraham Polak uittrad en Simon Philip Goudsmit alleen verder ging tot zijn dood in 1889 op 44- jarige leeftijd. Omdat zijn zoon Alfred nog pas tweeëneenhalf jaar oud was, werd Arthur Aron Isaac namens de familie als medevennoot in het bedrijf gevraagd. Tot de bouw van het eerste warenhuis aan de Dam in Amsterdam waren geen andere financiers bij de onderneming betrokken. Om deze aanzienlijke investering te bekostigen werd een plan uitgewerkt om een Belgische Société Anonyme op te richten. De familie Tietz, die in België warenhuizen bezat, wist Duitse en Belgische aandeelhouders te interesseren voor dit project en op 7 december 1911 werd in Antwerpen de Belgische Societé Anonime opgericht, ten behoeve van de exploitatie van het warenhuis op de Dam in Amsterdam. Het kapitaal bedroeg 40.000.000 francs, verdeeld over 10.000 aandelen van elk 400 Belgische franken. Een kwart van de aandelen kwam in handen van de families Goudsmit en Isaac, de overige aandelen waren van onder anderen A. Schöndorff, Charles Luth en Franz Reinemund.
De directie werd in 1913 uitgebreid met Leo Meyer, die namens de nieuwe financiers werd aangesteld vanwege zijn ruime ervaring met warenhuizen, en op 26 maart 1918 werd bij notaris Scheltema Beduit een nieuwe nv opgericht: N.V. Magazijn de Bijenkorf .
Tot 1919, een jaar na WO I, bleef de onderneming een Belgische S.A., maar op 2 december van dat jaar, werd tijdens een buitengewone vergadering van de aandeelhouders besloten de Belgische maatschappij te liquideren en de activa en passiva over te dragen aan N.V. Magazijn De Bijenkorf te Amsterdam. Een jaar later werden de aandelen van de nv voorlopig genoteerd aan de Amsterdamse Effectenbeurs. Om de invloed van de oorspronkelijke joodse eigenaren te bestendigen tegen de Duitse bezetters tijdens WO II werden de prioriteitsaandelen op 31 oktober 1940 ondergebracht in de nieuwe vennootschap Bijko Priora. Onder deze naam werd in november 1940 de vennootschap onder firma opgericht. Aan deze firma werden door de joodse eigenaren 22 van de totaal 25 prioriteitsaandelen overgedragen.
De leden van de beide oprichtersfamilies bleven tot en met 1970 actief in de onderneming.
Pas na de WO II, toen de beide families weer het heft in handen hadden, ontstond voor het eerst een duidelijke holdingstructuur. Om de groei van de HEMA te versnellen, werd vanaf 1957 via aangesloten bedrijven uitgebreid met HEMA’s, zij, als zelfstandige ondernemers versterkten de financiering van de groei van het bedrijf. De Belgische hoogleraren Buysschaert, Deloof en Jegers wijzen er in hun economische analyse van 2005 op dat holdings vroeger een substituut vormden voor de zwak ontwikkelde kapitaalmarkt. Met ‘vroeger’ duidden de auteurs op de periode vóór Euronext, de Beurs die in 2000 ontstond door de fusie van de Beurzen van Parijs, Amsterdam en Brussel.
Visie docenten Gentse Economische faculteit
Phille de Vicq merkt net als Caroline Verhasselt (2004 Universiteit Gent) op, dat de rol van de holding ingrijpend veranderd is. Een holding, opgebouwd uit participaties in verschillende ondernemingen, werd voorheen opgezet om investeringen toe te laten in gediversifieerde portefeuilles. Met deze middelen konden investeringen in industriële sectoren en innovatieve domeinen worden gerealiseerd.
Arthur Aron Isaac mede vennoot vanaf 1 september 1889.
Alfred Goudsmit de zoon van Simon Philip werkzaam in de Bijenkorf vanaf 1909.
Oprichtingsakte van Magazijn de Bijenkorf N.V. op 26 maart 1918
Oprichtingsakte van Magazijn de Bijenkorf N.V. op 26 maart 1918